De warmtetransitie is volop in beweging! Gemeenten staan aan de lat om buurten en wijken aardgasvrij te maken en ook bedrijven staan voor een uitdaging om te verduurzamen. Daarbij zijn veel ontwikkelingen tegelijk relevant: de komst van het warmteprogramma, de Startanalyse 2025 van het PBL, netcongestie en de SDE++ 2025. Dit zijn onderwerpen die in veel projecten spelen voor bedrijven met een hoge warmtevraag en voor wijken die van het aardgas af willen.
In dit bericht leggen we de samenhang uit én laten we zien hoe je deze ontwikkelingen kunt vertalen naar realistische keuzes voor in de praktijk.
Met de komst van de Wet gemeentelijke instrumenten warmtetransitie (Wgiw) wijzigt de Omgevingswet en verandert de naam transitievisie warmte in warmteprogramma. In een warmteprogramma beschrijft een gemeente de aanpak van het isoleren en aardgasvrij maken van de gebouwde omgeving. Hierin staat welke wijken, buurten en dorpskernen in de komende 10 jaar van het aardgas gaan en hoe dat gebeurt. De beoogde inwerkingtreding van de Wgiw is 1 januari 2026.
Meer informatie over het warmteprogramma vind je op nplw.nl
Om gemeenten te ondersteunen bij het maken van hun warmteprogramma, heeft het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) de Startanalyse 2025 ontwikkeld. Deze analyse laat per buurt zien welke technieken kansrijk zijn voor een aardgasvrije warmtevoorziening en de nationale meerkosten daarvan. Denk daarbij aan warmtepompen, warmtenetten, een combinatie van beide of een hybride warmtepomp in combinatie met klimaatneutrale gassen.
Het warmteprogramma moet door alle gemeenten eind 2026 zijn vastgesteld. De startanalyse kan worden gebruikt om tot een onderbouwing te komen van de keuzes die worden vastgelegd in het warmteprogramma. De startanalyse biedt waardevolle inzichten, maar is gebaseerd op landelijke data en generieke aannames. Lokale context is nodig om keuzes te maken die daadwerkelijk uitvoerbaar en betaalbaar zijn.
Gemeenten die verdieping zoeken op de startanalyse kunnen bij Ekwadraat terecht. Wij kunnen de resultaten van de startanalyse duiden en waar nodig zoeken we samen de verdieping op met lokale context. Wij begrijpen het energiesysteem en de energiemarkten van nu en snappen wat er nodig is in de energietransitie. Onderdeel van de lokale context is onder andere de situatie rond netcongestie en mogelijke subsidies zoals de SDE++.
Door een verdiepend onderzoek op de startanalyse ontstaat een realistisch beeld van de mogelijkheden in een wijk of buurt, onderbouwd met data en praktijkervaring.
Veel oplossingen voor aardgasvrije warmte leiden tot een hogere vraag naar elektriciteit. Denk aan warmtepompen, elektrische boilers of aquathermie met warmtepomp. De keuzes die gemeenten in warmteprogramma’s maken geven richting en mogelijk duidelijkheid aan de netbeheerders ten behoeve van de benodigde netverzwaring op buurtniveau. Daarnaast is de transportcapaciteit van het elektriciteitsnet een belangrijke voorwaarde voor de realisatie van warmtestrategieën. Netverzwaring kost geld, ruimte en tijd.
Als de verzwaringsopgave groot is, is het belangrijk om bijtijds te beginnen met de processen die hierbij horen, zoals de planning en vergunningsaanvragen. Daarnaast is het verstandig om in het warmteprogramma rekening te houden met het aspect netverzwaring, omdat kosten, ruimtegebruik en planning invloed kunnen hebben op de daarin te maken keuzes. Meer over de samenhang tussen het warmteprogramma en netcongestie lees je op de website van NPLW.
De SDE++ is een landelijke subsidieregeling voor bedrijven en non-profitorganisaties die grootschalig hernieuwbare energie opwekken of hun CO₂-uitstoot verminderen. De regeling stimuleert technieken die helpen om duurzame warmte te produceren en restwarmte beter te benutten.
Wanneer een warmtenet of stadsverwarming wordt toegepast, dan kan SDE++ een toevoeging zijn voor de businesscase. SDE++ is mogelijk voor warmtecentrales met de volgende technieken:
Bovendien is er mogelijk niet genoeg budget voor de SDE++ regeling in 2026, zoals gemeld in een kamerbrief van 21 februari 2025. Het openstellingsbudget voor 2025 is vastgesteld op 8 miljard euro. Voor projecten die al voldoende vooronderzoek hebben gedaan kan het dus verstandig zijn om nog in 2025 een aanvraag in te dienen. Met een realisatietermijn van 4 tot 6 jaar kan er al in een vroeg stadium financiële risico’s verminderd worden als de subsidie al wel geclaimd is. Naast de SDE++ zijn er tal van subsidies voor het stimuleren van isolatie, warmtepompen en warmtenetten. Elk gericht op een eigen doelgroep en stuk van de techniek binnen de warmteoplossingen.
Ekwadraat denkt graag met je mee: over de vertaling van de Startanalyse, het inpassen van netimpact en het benutten van subsidiemogelijkheden. Neem contact met ons op via het formulier hieronder!
"Vragen over collectieve warmte? Neem dan contact met mij op!"
Expert duurzame warmte